Geschiedenis
De eerst bekende hoofdwacht was gevestigd in het pand dat “Keulen” heette, Groenmarkt 12, hoek Groenmark/Tinnegietersteeg. Dit werd op 5 maart 1712 als Hoofdwacht in gebruik genomen¹.

Nadat in 1790 twee huizen aan de oostzijde van de Grote Markt vrijkwamen, werden die aangekocht. Deze huizen werden afgebroken en daar werd de nieuwe Hoofdwacht gebouwd. 1792 wordt als bouwjaar aangehouden, maar het werd pas in 1793 in gebruik genomen³.
Waarschijnlijk is de architect Johannes van Westenhout (1754-1823), “Extra Ordinaris Ingenieur” en vanaf 1793 Directeur-generaal van ’s Lands Fortificatiën. Hij bouwde ook de Hoofdwacht uit 1789 in Brielle. Deze is wat eenvoudiger dan die te Gorinchem, de boogvensters op de begane grond en de hardstenen bekleding te weerskanten van de risaliet ontbreken, maar verder komt het ontwerp overeen met dat van de Gorinchemse Hoofdwacht.

Beschrijving van het gebouw³
De Hoofdwacht is een hoog, uit rode baksteen opgetrokken gebouw onder een omlopend schilddak en staat op een vrijwel vierkante plattegrond met een licht gerende voorgevel. De voorgevel heeft een drie traveeën brede middenrisaliet, gedekt door een houten fronton, waarin het wapen van Holland is opgenomen en een in hardsteen uitgevoerde, gebosseerde begane grond, waarin een galerij met drie rondbogen.

Boven de cordonlijst die de begane grond afsluit begint de verdieping met een zandstenen band. Hier zijn vijf vijftienruits schuiframen in de gevel opgenomen. In de tweede verdieping, die tevens de zolderverdieping is, wordt de ruimte door vijf kleine vierkante venstertjes verlicht. De daken zijn met leien gedekt. Achter de arcade, die voorheen met hekken afsluitbaar was, ligt een kleine galerij onder een drietal gemetselde kruisgewelven en gebosseerde natuurstenen gordelbogen. Vanaf hier is het gebouw via drie deuren te betreden.

Links in het midden bevindt zich de trap naar de verdieping. In het midden van de begane grond bevond zich het wachtlokaal voor een 20 á 30 man, rechts was de officierskamer, die van een schouw voorzien was, bovendien was er een ruimte als ‘spekkamer’ (arrestantenlokaal) in gebruik. De drie ruimtes op de verdieping dienden als woning voor de toeziend officier. Zijn vertrek was dan ook van een schouw voorzien, voorts waren er een wapen- en een kledingmagazijn².

Bij vertrek van het garnizoen uit Gorinchem is de militaire functie komen te vervallen. Tegenwoordig (2022) is er een restaurant in gevestigd.

Bronnen:
- ¹F. Emck, blz. 88.
- ²J. Busch, 1979.
- ³ Catharina L. van Groningen, De Alblasserwaard, De Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (DBNL), geraadpleegd via DBNL (KB)’, https://www.dbnl.org/tekst/gron052albl01_01/gron052albl01_01_0004.php