WO2-9 Zondag 12 mei 1940; Gorinchem wordt beschoten en in Gorinchem wordt geschoten!

Welkom bij deel 9. We volgen weer de gebeurtenissen in Gorinchem aan militaire zijde.
Het is 1e Pinksterdag 1940.

Luchtverdedigingsgroep Gorinchem te Gorinchem

Kapitein H. Th. Nieuwenhuijsen

“De 115e batterij voert ’s middags gevechten met vliegtuigen tezamen met batterijen meer noordelijk gelegen. Geen parachutisten gemeld, des te meer bombardementen gehoord. De 114e batterij haalt munitie”.

Luitenant Ir. T.K. de Haas

“Op 1e Pinksterdag, zeer vroeg in de ochtend (schrijver had de nachtdienst), verschenen hoog in de lucht een 11 tal vliegtuigen. Boven de stad werd de formatie gewijzigd en in circelvlucht kwam het eskader omlaag, als langs een schroeflijn. Een aanval op de 114e batterij? Op een hoogte van naar schatting 600 m werd het verband opgelost en slechts twee der aanvallers openden het mitrailleurvuur”.
“In de loop van de middag, schrijver rustte toen, werd er te Gorinchem luchtalarm gegeven. Werkers aan schuilloopgraven op het marktplein werden toen onder mitrailleurvuur genomen. ’s Avonds nogmaals luchtalarm, een tiental bommen vielen in de Waal (dit moet Merwede zijn) inplaats van op de militaire vaartuigen in de buitenhaven en op de aanlegsteiger”.
“Zaterdag- of Zondagavond, circa 18:00 uur is er in de straten van Gorinchem geschoten en zijn extra patrouilles uitgezonden. Enige burgers zijn daarbij ingerekend. Of er redenen voor waren en de afloop van het onderzoek heeft de schrijver nooit vernomen, aangezien de Luchtdoelartillerie in los contact met de Garnizoensdienst stond”.

Uit het foto album van de Vaar- en Duikerschool.

Door het afhandelen van al dat militaire vervoer werd de “Sleeuwijkse boot eigenlijk een oorlogsschip.

De 114e Batterij LUA was in de nacht van 10 op 11 mei met het gemeenteveer (de Gorinchem V) overgezet naar ten westen van Gorinchem en werd gedirigeerd naar constructiebedrijf de Vries Robbé. Dus dat zal op 1e West geweest zijn, waar tegenwoordig Mercon Steel is gevestigd.
Dat stellingterrein was uitgezocht door kapitein Nieuwenhuijsen. Echter de commandant van de 114e batterij LUA, de 1e luitenant W.P. de Jong, vond het ongeschikt, omdat het te dicht bij de Vries Robbé was (waarschijnlijk stonden er toen ook al hoge kranen). Hij heeft toen met de 114e batterij LUA op het voetbalveld van Unitas stelling genomen.

Junkers Ju-52 trabsportvliegtuigen. Collectie Bundesarchiv.

1e luitenant W.P. de Jong

In het verslag van 11 mei 1940 van Kapitein H. Th. Nieuwenhuijsen is niet vermeld, wat luitenant de Jong hier in zijn verslag schrijft:

“De stukken konden wel prachtig naast de lage kleedhokjes weggewerkt worden”. Vrij spoedig konden we ook de laagvliegende Junkers transportvliegtuigen uit de ‘vrije hand’ onder vuur nemen. De Luftwaffe wist van deze opstelling nog niets af en passeerde op 40 à 50 m hoogte. Naar alle waarschijnlijkheid zijn daardoor twee toestellen dusdanig beschadigd dat ze gedwongen werden te landen”.

De neergeschoten Heinkel HE-111. Fotocollectie Regionaal Archief Nijmegen, objectnummer GN1143 – D.

In de middag (11 mei te 14:30) werd één der twee Heinkel 111 die kennelijk naar ons op zoek waren door een schot eveneens uit de ‘vrije hand’ in brand geschoten en gedwongen te landen. Bewijs foto’s zijn in mijn bezit”.

De neergeschoten Heinkel HE-111. Fotocollectie Regionaal Archief Nijmegen, objectnummer GN1143 – D.

Informatie van het Regionaal Archief Gorinchem over dit incident:

De Heinkel kwam neer bij de Haarweg. Eén van de vliegers was feldwebel Willy Waczijna (nr. 60026/27). Hij zou geboren zijn in Zectik, een mij onbekende plaats, op 3 december 1913. Hij had getracht zich te redden met zijn parachute, maar was doodgevallen bij Arkel. Op bovenstaande foto zien we duidelijk een man onderzoek doen. Gaat het hem om de oorzaak van het ongeluk of zoekt hij naar stoffelijke resten?

Er zijn meer vragen. Het vliegtuig, een zware bommenwerper van de eenheid Kampfgeschwader 54 Totenkopf, werd waarschijnlijk gevlogen door Oberleutnant K. Brand. Toegegeven de man had zijn naam niet echt mee en hij werd krijgsgevangen gemaakt. Doorgaans had een Heinkel He 111 echter vijf man aan boord. De namen en het lot van de overige drie bemanningsleden zijn me onbekend. Aanvullende gegevens zijn dan ook meer dan welkom.

Junkers Ju-87 (Stuka). By Bundesarchiv, Bild 183-J16050 / CC-BY-SA, CC BY-SA 3.0 de, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=7177210

1e luitenant W.P. de Jong schrijft verder: “Op 12 mei zijn we ’s morgens door een verkenner (verkenningsvliegtuig) keurig opgezocht en ontdekt, zodat we enkele uren later bezoek kregen van 8 Stuka’s (duikbommenwerpers), die wel geen bommen hebben uitgeworpen, doch gedurende ?? minuten al gierende en duikend gemitrailleerd hebben. Dit was de eerste en de enigste ernstige kennismaking met de vijand. Toen de eerste schrik over was en de ‘koppen’ geteld werden hadden we gelukkig geen enkel slachtoffer te betreuren. Ook geen gewonden behalve 1 ernstig en 3 lichte gevallen van shock”.

Groep Merwede te Meerkerk
Kolonel J. de Jong

“In de lucht wederom Duitse vliegtuigen waaraan militairen en burgers nu gewend zijn geraakt. De afvoer van krijgsgevangenen naar Wijk bij Duurstede wordt bevolen aangezien afvoer naar Giessendam niet meer mogelijk is, omdat Rotterdam in handen van de Duitsers blijkt, Waalhaven en de westoever van de Noord door hen sterk bezet zijn”.
“Om ongeveer 12:00 uur bezet III-43RI, dat ter versterking gezonden is door het 3e Legerkorps, het Vak Heukelum van Dijkhuis tot Asperen De gehele dag trekken troepen uit Brabant komend via de Zuidelijke Merwede oever naar de Groep Merwede. In Gorinchem daardoor een amalgama van eenheden, welke daar zoveel mogelijk geordend werden, van eten en drinken werden voorzien en deels tot rusten overgingen”.

Stafwerk De operatien van het veldleger in het Oostfront van de Vesting Holland. Deel III.3 schets / kaart nr. C.25. Nederlands Instituut voor Militaire Historie, via Archieven.nl.

Hier is te zien, dat er tussen vak Arkel en vak Leerdam, nu een vak Heukelum is gecreëerd, bezet door III-43RI als versterking van de Nieuwe Hollandse Waterlinie in dit gedeelte. De verplaatste luchtafweer eenheden zijn aangegeven bij Leerdam en bij Gorinchem. En in vak Sleeuwijk is de versterking met III-13RI. Bij Alblasserdam en Dordrecht is de frontvorming aangegeven tussen de Duitse troepen en de Nederlandse troepen, nu voornamelijk van II-RW (Regiment Wielrijders).

“Om 19:00 uur bleek de noordelijke Maasoever bij Rotterdam geheel in Nederlandse handen. Bij de Maasbrug en Boompjes nog enkele kleine plukjes Duitsers. Zuid van de maas nog enige verspreide weerstand. De indruk werd gevestigd dat de Duitsers daar naar het zuiden terugtrokken en de strijd om het bezit van Rotterdam opgaven. Delft was vast in Nederlandse handen. Er waren 1000 Duitsers krijgsgevangen en 1000 gesneuveld. De algemene indruk aan het eind van de dag was een zeer gunstige”.

1-I-23RI, gelegen op fort Vuren en omgeving
Reserve-1e Luitenant der Grenadiers H. Geysen

“Zondag 12 mei had een rustig verloop”.

2-I-23RI te Gorinchem
Kapitein M. Ankersmit

Geen verslag.

3-I-23 RI opgesteld in de Waterlinie tussen fort Vuren en Heukelum
Kapitein J.J.A. Dankelman

”04:15 uur: bericht dat levensmiddelen in Gorkum zijn aangekomen”.
“05:30 uur: van 46P: 5 parachutisten zijn neergekomen 4 km buiten Gorinchem, richting Leerdam. Niet kunnen ontdekken”.
“11:20 uur: van Commandant Vak Arkel: Front Heukelum overgeven aan III-43RI en met uw compagnie bezetten het vak Dijkhuis tot ten noorden van Vuren”.
“16:15 uur: Commandant werkje aan de Zijvang bericht, dat op ± 1500 m richting Asperen een Duits vliegtuig is neergestort en verbrand”.
Om 23:00 uur ontvangt de kapitein nog een bevel, om een sectie te sturen om de brug bij Boven Hardinxveld en de brug bij Muisbroek te bezetten. Bij het licht worden, moest men dan samen met een sectie van de Staf Groep Merwede op jacht naar vermeende parachutisten ten westen van Gorinchem.

MC-I-23RI te Gorinchem
Kapitein K. Leendertz

Geen verdere verslaglegging.

1-II-23RI Werkendam tot het fort aan de Uppelschedijk (fort Altena)
1e luitenant N. van Ginkel

Geen bijzonderheden.

2-II-23RI Woudrichem tot het fort aan de Uppelschedijk (fort Altena)
Reserve-kapitein C. Collard

Nadat men net weer op patrouille ging op een bericht over Duitse parachutisten, waarbij wel schoten werden gewisseld, maar geen vijand waargenomen, was er alweer een uiterst merkwaardig verhaal ; kapitein Collard schrijft:

“Te 19:00 uur komt kapitein Terheijden van Staf 23RI met autobus waarin twee soldaten van de versperring te Rijswijk. Hij deelt mede dat in Woudrichem 50 Duitse burgers in de huizen verborgen zijn en dat hij de wachtcommandant aldaar opdracht heeft gegeven de straten schoon te vegen. Hij verzocht mij twee secties in de autobus te doen plaatsnemen om daarmee ‘Sigmond 24’ (Artilleriestelling bij Werkendam) te heroveren dat door de vijand zou zijn bezet. Er zouden zich een 50-tal parachutisten bevinden”.

“Door mij onder voorbehoud van bevestiging door de Bataljonscommandant en Regimentscommandant aanvaard. Slechts enkele groepen direct beschikbaar onder commando van luitenant Bijl de Vroe. Inmiddels komt het bericht, dat het bericht van de bezetting van ‘Sigmond’ op een misverstand berust”.
“De alarmering van de wacht in Woudrichem heeft tot gevolg dat schoten gewisseld worden o.a. tussen Pontonniers, leden van de Vaartuigendienst en Grenadiers. Hierbij vallen twee gewonden”.

3-II-23RI Batterij bij Poederoijen tot en met Batterij bij Brakel.
Reserve-kapitein Jhr. Mr. A.F. de Savornin Lohman

“Ongeveer om 10:00 uur kreeg ik bevel, de gehele compagnie, voorzover nog nodig, van gevorderde rijwielen, benevens van twee motorrijwielen te voorzien, dit laatste met het oog op een snelle achtervolging van gelande parachutisten”.

MC-II-23RI Werkendam
Reserve-kapitein der Grenadiers H.W.J.J. van Deventer

“Op zondag 12 mei werden van enige vijandelijke vliegtuigen, die boven de Biesbosch, waar meermalen luchtgevechten tussen Duitse en Engelse vliegtuigen geleverd werden, terwijl de Duitse ook door ons krachtig werden beschoten , tot dalen genoopt en ook wel neergeschoten werden, zoveel mogelijk de bewapening en de munitie gehaald; enkele gewonde gevangenen en een tweetal licht gewonde Engelsen werden doorgezonden. De wapens werden in orde gebracht en met de veroverde munitie (wij hadden niet genoeg) spoedig in gebruik genomen”.

“Tegen de middag, nadat wij door een drietal Duitse machines herhaaldelijk onder vuur waren genomen, was het , alsof één hunner , in de Merwede recht tegenover mijn commandopost iets verloor. Dit vliegtuig steeg dan snel en verdween in de richting van Gorkum. Het scheen, dat hij door onze mitrailleurs was geraakt, hij liet een rookspoor na en kon niet hoog komen. Hij kwam daardoor in het vuur van de luchtdoelartillerie van Gorkum en stortte brandend neer. Enkele uren later stak een hospitaalscheepje de Merwede over en vloog ter plaatse, waar sommigen meenden iets te hebben zien vallen, in de lucht. Er waren 15 doden. Vermoedelijk was een mijn gelegd”.

“In de middag bezocht de vakcommandant mijn stelling en op zijn last zond ik een patrouille, met een sleepboot en een motorscheepje uit, onder commando van de 1e luitenant der Artillerie Gildemeyer, sterk een vaandrig en twee groepen infanterie met een Vickers en een lichte mitrailleur naar Lage Zwaluwe en Moerdijk”.
“Op mededeling van de Burgemeester van Werkendam, dat zijn gemeente door enige militairen, die gevlucht waren van de Peel en naar hun haardstede teruggekeerd, in grote onrust gebracht werd, zo zelfs, dat hij door de radio-centrale had laten waarschuwen tegen onnodige angst, liet ik deze mensen terstond arresteren en hun wapens in beslag nemen”.

“Het was die avond zeer rumoerig in Werkendam. Tal van geruchten deden de ronde. De voornaamste geruchten waren deze:

  1. Er was die middag in de haven van Werkendam een schip binnengekomen, dat daar bij alle schippers onbekend was. Het was geladen met een hoge deklast van balen hooi. Beweerd werd: er waren 60 Duitsers aan boord”. Het paard van Troje of het turfschip van Breda?
  2. “Er moesten, in huizen te Werkendam, 50 Duitsers verborgen zijn. Alle aangewezen huizen werden door sterke patrouilles, onder officieren onderzocht. Ook dit gerucht was niet juist”.
  3. “Het terrein van de 3e batterij, waarvan de mensen bij mij dienst deden, zou alweer door 60 Duitsers, bezet zijn. Dit gerucht was heel positief en hardnekkig. Hier heb ik een sterkere afdeling heen gezonden met zware mitrailleurs en motorordonnansen. Het riet langs de Merwede werd met bootjes afgezocht. Niemand werd aangetroffen. Het was zeer moeilijk die nacht in de patrouille- en bewakingsdienst te voorzien, daar de mensen uitgeput waren”.

1-III-23RI fort bij Asperen
Reserve-Kapitein A.G. van Deth

Geen bijzonderheden.

2-III-23RI in de Nieuwe Hollandse Waterlinie, Acquoy, Renoy en Gellicum
Kapitein A.L. van Heugten

Geen verslag van 12 mei 1940.

3-III-23RI Fort aan de Nieuwe Steeg
Kapitein L.J. van ter Maesen

“Het inundatiepeil liep langzaam terug en gaf reden tot bezorgdheid. De munitievoorraad werd sterk opgevoerd. De betonringen op de Tiendweg enige honderden meters oost en west van het Fort werden gesteld en na plaatsing van het profielijzer met beton gevuld”.

3 Compagnie Torpedisten
Reserve-Kapitein G.R. Kraayenbrink

Geen verslag van 12 mei.

I-13RA
1e Luitenant-Adjudant C. Worp

“De eerste uren van de dag worden in hoogste toestand van paraatheid doorgebracht in verband met het bij de vakcommandnant bestaande vermoeden, dat een landingspoging door watervliegtuigen op de Merwede ondernomen zal worden. Tot 05:00 uur is het echter zeer kalm in de lucht. Langzamerhand begint er weer motorgeronk te komen, om 06;00 uur is het een komen en gaan van zware vliegtuigen. OM 06:15 wordt zowel van boven als van beneden geschoten en zo is het doorgegaan gedurende de gehele dag”.

“ ’s Middags kwam nog een melding van verdachte auto’s, nummers werden opgegeven, Eén der auto’s werd in de buurt gemeld gaande in de richting van de Afdelingscommandopost. Een pracht van een hinderlaag werd opgesteld, doch na enige tijd moest worden aangenomen, dat de auto een andere richting was ingeslagen”.

II-13RA
Majoor D. Kuipers

“Voortdurend vliegtuigen boven de stelling. Geen vuur afgegeven in verband met gevaar voor ontdekking en afwezigheid van scherfweren bij de stukken. Dekkingssleuven aangelegd, Afdelingspost scherfvrij gemaakt”.
Het niet op de vliegtuigen schieten was zeer verstandig. Een afdeling artillerie wil natuurlijk niet ontdekt worden. Bovendien was men net van stelling veranderd en was er alleen camouflage aangebracht, maar nog geen bescherming.

III-13RA
Kapitein L.H. Westbeek

Geen verslag van 12 mei 1940.

24AA
Kapitein J.G. Boodt

“Gedurende de gehele dag werd doorgewerkt aan de verwisselstelling. De bezetting van de werkjes ten Westen van Werkendam door personeel van de 24e Afdeling, werd om 19:00 uur afgelost door infanteriepersoneel, waardoor dit personeel weer voor werkzaamheden in de batterijen vrij kwam”.

27AA
Kapitein N.L. Koning

“Zondag 12 mei kwam bevel van stelling te veranderen; in de nacht van 12 op 13 mei werd de Merwede overgevaren en kwam de Afdeling in stelling, oost van Woudrichem, hoofdrichting oost”.

 

Schrijver: Hugo Ouwerkerk

Redactie: Guus Haandrikman en Joop Kuijntjes.

Bronnen:
Boek Mei 1940, de strijd op Nederlands grondgebied, sectie geschiedenis van het ministerie van Defensie, door diverse schrijvers, onder redactie van Dr. H. Amersfoort en Drs. P.H. Kamphuis, 1990, ISBN 90 12 06450 3.
Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH), 409 Gevechtsverslagen en rapporten mei 1940, via https://www.archieven.nl/
http://www.zuidfront-holland1940.nl/
Wikipedia.

Naar volgend deel: WO2-10 Maandag 13 mei 1940; Dreiging uit het westen en zuiden.

Naar vorig deel: WO2-8 Zaterdag 11 mei 1940; Vliegboten landen op de Merwede, Gorinchem in Duitse handen?