Welkom bij deel 2 over de zorgelijke tweede helft van de dertiger jaren van de 20e eeuw en de meidagen van 1940, waarin het tot een zeer dramatisch verlies van onze vrijheid zou komen.
Maar dat laatste is nog niet aan de orde. We zijn nu aangeland bij de meer frivole mobilisatieperikelen. De mobilisatie in augustus 1939 kende dus eerst wat voorbereidingen, daarna een voormobilisatie en vervolgens de volledige mobilisatie.
Gorinchem was één van de vele mobilisatiebestemmingen. Wanneer de mensen van een legeronderdeel verzameld en compleet waren op de mobilisatiebestemming, vertrok men naar de oorlogsopstelling. Dat waren veelal stellingen, die door de militairen zelf nog aangelegd moesten worden. De militairen werden dan daar in de buurt ingekwartierd.
Gorinchem was de mobilisatiebestemming voor:
• Het 13e Regiment Artillerie
• Het 14e Regiment Artillerie
• Het 23e Regiment Infanterie
Later zijn er nog twee afdelingen artillerie bijgekomen. Ook waren er reeds diverse onderdelen in garnizoen in Gorinchem. Een regiment bestond uit ca. 3000 militairen en vormde op de weg met alle paarden, wagens en mensen een stoet van 4 a 5 km lengte. Dus het werd nogal druk in Gorinchem. Het volgende verhaal is vooral gebaseerd op het dagboek van de 1e afdeling van het 13e Regiment Artillerie, bijgehouden door de 1e Luitenant-Adjudant C. Worp.
Donderdagavond 24 augustus
De vooravond van de opkomstdag van de voormobilisatie. Ter voorbereiding van de mobilisatie kwamen in Gorinchem o.a. de officieren van het 13e Regiment Artillerie bijeen. Adjudant Worp schrijft: “ ’s avonds om 22.45 uur waren alle officieren der afdeling in het voorlopige afdelingsbureau Garage Voorsluys te Gorinchem aanwezig”.
Deze officieren van de 1e afdeling van het 13 regiment Artillerie waren:
• Afdelingscommandant kapitein E.J.A. Hubert van Blyenburg.
• Staf: commandant reserve 1e luitenant-adjudant C. Worp.
• Staf: V.R.D. (Vuurregelingsdiens) reserve 1e luitenant D.A. Hamburger.
• Staf: T.M.D. (Terreinmeetdienst) 1e luitenant J. Bunschoten.
• Staf: Verkenningsafdeling reserve 1e luitenant Dr. F.M.M. Smolders.
• Staf: Adelingsarts reserve officier van Gezondheid 2e klasse J. Hartsuiker.
• Staf: Verplegingsofficier reserve vaandrig W.J. Rozenburg.
• 1e batterij: commandant reserve kapitein J. Rensen.
• 1 e batterij: batterij officier reserve 1e luitenant F. Wethmer.
• 2e batterij: commandant reserve kapitein J. Versluys.
• 2e batterij: batterij officier reserve 1e luitenant W. Sypkens.
• 2e batterij: Lt.S.C. reserve 1e luitenant F. Cohen.
• 3e batterij: commandant reserve kapitein J. Aten.
• 3 e batterij: batterij officier reserve 1e luitenant C.W. de Jong.
Men wilde de mobilisatie-instructies doornemen, welke volgens instructie in de mobilisatiekisten zouden zitten, echter deze kisten zaten op slot en de Adjudant zou de sleutels krijgen van de Regimentscommandant. Deze was echter nog niet aanwezig. Dit gaf enige consternatie. De instructies bleken uiteindelijk in de kist van de Adjudant te zitten, Dus niet conform de voorschriften.
De Adjudant schrijft:
“Als tenslotte iedereen zijn instructies heeft en druk studeert, gaat in geheel Gorinchem het elektrisch licht uit. De afdelingscommandant verzamelt zijn officieren midden op straat rondom één der weinige gaslantaarns (in de nabijheid van een stinkend urinoir!) en wordt daar een bespreking gehouden. De werkzaamheden werden tot 1.30 ’s nachts voortgezet”.
Vrijdag 25 augustus
De Adjudant schrijft:
“Opkomstdag voormobilisatie. Om 6.00 uur is iedereen present. Kwartiermakers komen binnen, worden direct in ploegen ingedeeld en aan het werk gezet. O.a. blijkt nog enige perfectionering van de inrichting van de stallen noodzakelijk”.
Zaterdag 26 augustus
Men is bezig met nota’s en lijsten. De manschappen zijn ondergebracht in de Willemskazerne en liggen daar allen in één kamer op stroo. De onderofficieren zijn hier ook ondergebracht, maar liggen in kribben. De officieren zijn ingekwartierd bij de burgerij.
Voor wie dit niet weet: Onderofficieren zijn sergeanten. Een kornet, vaandrig, luitenant en hoger worden tot de officieren gerekend. Een korporaal wordt tot de soldaten gerekend.
Zondag 27 augustus
De Adjudant schrijft: “Honderden voorzieningen blijken nog getroffen te moeten worden. Van de zondagsrust is niets te merken”.
Maandag 28 augustus
De Adjudant schrijft:
“Wij raken gewend aan de toestand van voormobilisatie, doch ’s middags om ongeveer 14.00 uur komt het bericht: C is uit”. De diverse maatregelen werden aangegeven met letters. Telegram C betekende, dat men daadwerkelijk tot de volledige mobilisatie overging.
De Adjudant schrijft: “de 1e luitenant Wethmar trekt er vast op uit, om voertuigen te vorderen en hij speelt het klaar om ’s avonds laat nog glimlachende boeren naar Gorinchem te laten komen om hun voertuigen af te leveren en dikwijls na 24.00 uur gaan deze met hun paarden pas terug om een wandeling van 10 km naar huis te aanvaarden”.
Dinsdag 29 augustus
Eerste opkomstdag van de algehele mobilisatie.
De Adjudant schrijft:
“Door middel van soldaten met grote borden aan het station en aan het veer worden de verlofgangers (oude lichtingen dienstplichtigen) naar het afdelingsbureau gedirigeerd om zich te melden. Van het garnizoensbureau (Gorinchem) worden enige zaken centraal geregeld, hetgeen inderdaad een bespoediging blijkt te zijn. Voor onze afdeling komen 4 vuurmonden per trein aan en worden deze met handkracht naar de Tolsteeg gebracht. Tot laat in de nacht wordt doorgewerkt”.
Het met de hand vervoeren van de kanonnen 12 lang staal leidt tot chaotische tafrelen in de Molenstraat. Aan de kanonnen zijn de z.g. “naaigarens” ¹ bevestigd. Dat waren dikke trektouwen met een haak aan het eind, die in het midden van de raden (wielen) aan de as-uiteinden gehaakt konden worden. Hiermee konden de mannen meehelpen met trekken, als de paarden moeite hadden om het kanon uit de modder te trekken, of bij het een helling opgaan. Tevens konden de mannen hiermee helpen met afremmen, bij het helling afgaan.
Woensdag 30 augustus
De Adjudant schrijft:
“Het wordt officieel bekend, dat aan de afdelingen 12 lang staal, in verband met de vele vorderingen, een derde mobilisatiedag wordt toegestaan. Er wordt met veel opgewektheid hard gewerkt; kenmerkend voor onze manschappen, die zich nog helemaal geen soldaat voelen.
Volgens de instructie zullen vandaag per Fop Smit’s boot alle voor de afdeling benodigde rijwielen uit Rotterdam van de R.S.-fabriek aankomen. Bij informatie bleek dat de dienst van Smit sinds lang niet meer bestaat. Grote moeite, om nu die rijwielen in Gorinchem bij de handel te vorderen, zelfs damesrijwielen komen nu in aanmerking”.
De adjudant schrijft verder:
“Laat in de avond komen de gevorderde Zeeuwse paarden aan het station aan. Wij staan versteld van de enorme afmetingen van dezer dieren, de ruimten in de stallen blijken maar amper groot genoeg”.
Donderdag 31 augustus
De Adjudant schrijft:
“Koninginnedag. Drukte in de bevlagde straten, doch slechts van haastende mensen”. De Koninginnedagactiviteiten waren afgelast i.v.m de mobilisatie. “Grote moeilijkheden doen zich voor bij het passen der opgelegde en gevorderde tuigen, die niet groot genoeg blijken te zijn voor de enorme afmetingen der paarden. De zadelmaker komt handen te kort en moppert: ‘hadden ze dan ook maar gezegd, dat we olifanten zouden krijgen”.
Er blijkt ook niet genoeg kleding voor de opgekomen mensen te zijn. Maar toch staat de afdeling die dag om 19.00 uur voor afmars gereed in het park rondom het Hugo de Grootplein, ter inspectie van de afdelingscommandant. Na deze inspectie wordt de afmars bepaald op 10.00 uur de volgende dag. Daarmee heeft de eerste afdeling van het 13e Regiment Artillerie haar mobilisatie opdracht afgerond.
Verklaring van enkele zaken:
De 12 lang staal vuurmonden, die aankwamen op het station:
Dit waren oude vestingkanonnen uit 1878, die in de loop der dertiger jaren van de 20e eeuw waren afgedankt, maar wegens gebrek aan voldoende artillerie, weer uit de mottenballen werden gehaald. Die op de foto hieronder, zijn gemodificeerd tot veldgeschut, te zien aan de brede metalen banden om de raden (wielen). Deze banden waren nodig om het wegzakken in het drassige veld te voorkomen. Deze vestingkanonnen waren zeer zwaar van gewicht in vergelijking met veldgeschut.
In de vesting Gorinchem werd voor die tijd nog met deze kanonnen geoefend op de Soldatenwal (Dalemwal), het is aannemelijk dat er in Gorinchem nog een aantal stonden opgeslagen en de vier vuurmonden die per trein arriveerden ter aanvulling dienden. Dit is niet helemaal zeker, dus hier kan nog aanvullend onderzoek worden gedaan.
Zoals boven is te lezen, bestond de 1e afdeling uit 3 batterijen. Elk van deze batterijen had 4 vuurmonden. Dus de 1e afdeling had 12 vuurmonden. Het 13 e Regiment Artillerie had 3 afdelingen, dus totaal 36 vuurmonden.
De kreet “12 lang staal” staat voor een kanon met een kaliber van 12,5 cm met een lange stalen schietbuis (loop). Eigenlijk zou het kanon 12 lang 24 moeten worden genoemd, wat betekent een schietbuislengte van 24 kalibers, 24 x 12, 5 cm = 300 cm = 3 m lengte. Echter de invoering van dit kanon in 1878 was ter vervanging van een bronzen kanon met een kaliber van 12,5 cm. Ze waren een tijdje beide in gebruik en daarom moest men onderscheid maken tussen brons of staal. Bovendien waren er ook nog kanonnen met een kaliber van 12,5 cm met korte schietbuis in gebruik. Dus vandaar de naam 12 lang staal.
De loop van deze kanonnen was nog direct vast gemonteerd op het affuit (onderstel) en had dus geen rem- en terugbrenginrichting (schokdemper), zoals de meer moderne vuurmonden wel hadden. Hierdoor reed bij elk schot het kanon een paar meter achteruit, tegen op de grond gereed gelegde wiggen op, die ervoor zorgden dat het vanzelf weer vooruit reed tot ongeveer op zijn plaats. Ook duikelde de loop naar beneden. Zo moest het kanon na elk schot opnieuw goed gezet en gericht worden.
Men kon zodoende slechts vuren met een tempo van ongeveer 1 schot per minuut, terwijl men met het meer moderne geschut met schokbreker 4-6 schoten per minuut kon vuren. Dit was van belang voor de vuurintensiteit als men een bepaald gebied moest beschieten om een aanvaller te hinderen of tegen te houden.
Link naar filmpje: Schietoefening van 12 lang staal op schietkamp Oldenbroek.
Voor wat betreft de Zeeuwse paarden in het verslag van Luitenant-Adjudant Worp, valt nog op te merken, dat het stuk12 lang staal (een stuk is de kanonloop met affuit, voorwagen, beddingwagen en toebehoren), normaal getrokken moest worden door 6 gewone paarden of 4 paarden van “zwaar slag”. Zeeuwse trekpaarden zijn van “zwaar slag”.
Men had dus van hogerhand de Zeeuwse paarden gevorderd, omdat er daarvan minder nodig zouden zijn, echter men had er niet aan gedacht, dat er dan ook speciaal tuigage aanwezig moest zijn om deze paarden voor de voorwagen te kunnen inspannen.
De voorwagen was de trekwagen en had dan ook een trekhaak, waarop de staart van het affuit paste. De voorwagen had ook een bok, waarop 3 man zaten. En op elk linker paard zat ook een man. Dus totaal vervoer voor 6 man. Echter bij 4 Zeeuwse paarden ging dit ook niet op en zal er ook een kanonnier op een rechter paard gezeten hebben. Daarachter reden dan ook nog een caisson(munitie)wagen en een beddingwagen. Dit laatste betreft dan het voormalig vestinggeschut.
Door het grote gewicht, de druk van de schoten en het daarbij heen-en weer rijden, zou het geschut langzaam in de grond zakken. Dit werd verhinderd door dit geschut op een platform van dikke planken op te stellen. Dit platform werd “bedding” genoemd en voor vervoer van dit beddingmateriaal en gereedschappen was een extra wagen nodig.
In dit artikel is de gang van zaken bij de 1e afdeling van het 13e Regiment Artillerie gevolgd. Dat zal ik in de volgende artikelen ook gedeeltelijk doen, omdat het dagboek van adjudant Worp het enige is wat de gebeurtenissen van voor 10 mei beschrijft. Natuurlijk gebeurde er in en om Gorinchem nog veel meer, ook dit zal nog aan bod komen.
Wordt dus vervolgd.
Schrijver: Hugo Ouwerkerk
Redactie: Guus Haandrikman.
Werkgroep Vesting Gorinchem
Onderdeel van de Historische Vereniging Oud-Gorcum
Noten:
¹ Boek Vestingartillerie in het Veldleger, door Dr. S.J. de Groot, ISBN 90 6707 547 7, blz. 18.
Vooruit naar: WO2-3 Mobilisatie, “Gorinchem wemelt van de vrouwen”
Terug naar: WO2-1 Zorgelijke tijden ook voor Gorinchem